Wie ik ben...




Toen ik op 25 juni 1942 werd geboren, gaven mijn ouders mij de namen; Robert Hendrik Bruno... Daar had ik geen enkele inspraak in. De eerste naam is een vrije keuze van mijn ouders, de beide andere zijn de namen van de respectievelijke grootouders. Daar mijn vader van zijn vader de familienaam "Van der Kamp" had meegekregen, ontkwam ik daar dus ook al niet aan. Nou ja, het was dan ook een dictatoriale tijd, waarin ene Adolf H. de dienst meende te moeten uitmaken, hetgeen niet door iedereen werd gewaardeerd... Maar daar had ik toen nog niet zoveel weet van.
Mijn vader was blijkbaar niet zo tevreden met mijn komst; die nacht vroren bij hem alle bonen dood... Ik ben dan ook een groot liefhebber van koude gebieden en heb een hekel aan veel lawaai en harde geluiden. Dit mogelijk vanwege een bombardement tijdens diezelfde nacht.


Oorlog... niet altijd zo ver weg als wij wel zouden willen!
Luchtlandingstroepen
Bezuidenhout - 10 mei 1940
Vernielde auto's
Vernielde huizen en auto's
Duitse graven
Duitse graven bij Ipenburg
Mijn oom, onderwijzer in Scheveningen, maar woonachtig in Den Haag, maakte bovenstaande plaatjes...


Mijn ouders woonden in Westerhaar waar mijn vader schoolmeester was aan de lagere school. Het gehucht ligt op ongeveer 13 km ten noorden van de Twentse stad Almelo. Wij woonden daar toen tussen de heidevelden en de turfgravers. Mijn vader was geboren in Denekamp, een plaats waar hij altijd naar terug verlangde vanwege de schitterende natuur, maar waar hij nooit meer terecht gekomen is. Mijn grootvader echter, kwam van Kamperzeedijk; een plaatsje, gelegen aan de zeedijk tussen Kampen en Genemuiden. Van oorsprong visserman/boer, verruilde hij al heel gauw zijn oliegoed voor het uniform van de Rijksveldwachter; dat gaf meer (financiële) zekerheid voor de toekomst. Maar het verlangen naar zee bleef wel bij hem aanwezig. Ik heb de man overigens nooit gekend. Lang voor mijn geboorte overleed hij. Net als mijn oom, vaders oudste broer, erfde ik dat verlangen naar zee ook. Mijn vader vond die zee wel interessant en hij was graag aan het water, maar behoudens af en toe vissen op de Noordzee, hoefde dat varen van hem niet zo... Maar ik doe niets liever dan zwerven over Gods wijde wateren! Ik had een zeer internationale familie. Mijn moeder werd geboren in Duisburg in Duitsland. Beide ouders waren van 1910; vader overleed in 1984 op 74-jarige leeftijd, mijn moeder overleed in februari 2002 en was dus ruim 91 jaar oud. Mijn grootvader van moeders kant was van Oostenrijkse origine en hij was getrouwd met een Française. Bovendien had ik ook nog een - aangetrouwde - Hongaarse oom.
Op zeer jeugdige leeftijd leerde mijn moeder al oorlog en geweld kennen. In 1914 brak de eerste wereldoorlog uit en het gezin verhuisde naar Wenen. Mijn grootvaders broer sneuvelde en hijzelf werd een officier in het Duits-Oostenrijkse leger. Hij werd op een zeker moment gevangen genomen en was een aantal jaren spoorloos. Na de oorlog kwam hij echter met een gebroken gezondheid terug uit een Albanees krijgsgevangenkamp. Hem heb ik wel goed gekend; hij woonde een aantal jaren bij ons in, maar hij is nooit meer de oude van voor de oorlog geworden.
Voor mij bestond de wereld ook uit twee delen; het onbekende deel van vòòr de oorlog en het andere, bekende deel van nà de oorlog...


School
  De "Rehobôth"-school te Westerhaar...
Nederlandsch Hervormde Kerk
  ...en de "Nederlandsch Hervormde Kerk"!



Het gezin was echter uiteen geraakt en mijn moeder was vanwege de voedselschaarste in de Oostenrijkse en Duitse steden, naar Pommern aan de Oostzee gebracht. Zo herinnerde zij zich nog levendig het reusachtige Duitse luchtschip "Graf Zeppelin", dat daar zijn proefvluchten maakte. Het luchtschip verongelukte later bij New York. Tegenwoordig ligt Pommern in Polen, maar toen was het nog een Pruisische provincie. Vanaf haar 18de jaar woonde ze in Nederland, na eerst een korte tijd in België te hebben gewoond. Ze verlangde nooit naar Duitsland terug, de wreedheden van de Duitse nazi's tegen de Joden, waarvan ze getuige is geweest, was hiervan de oorzaak. Soms vertelde ze daar met afschuw over. Later vestigden haar moeder en een zuster zich hier ook. Mijn tante woont nog steeds in Nijmegen.

Welaan, veel internationaler kan ik dus niet meer worden!



Om uw nieuwsgierigheid wat te bevredigen, heb ik maar een foto van mijn persoontje bijgevoegd. Niets bijzonders, maar men wil altijd graag het gezicht achter het verhaal zien. Foto's waar ik zelf op sta zijn echter bijzonder schaars. Ik ben er niet zo op gesteld om gefotografeerd te worden en het lukt mij meestal prima om uit beeld te blijven en aan een camera te ontkomen. Ik bezit dan ook vrijwel geen foto's waar ik op te zien ben.
Wat zegt u? Mijn burgerlijke staat? Gaat u eigenlijk niets aan, maar ik ben ongehuwd en ook nooit gehuwd geweest. U moet het dus maar zonder foto's van vrouw en kinderen stellen...
Maar denk nou niet, dat ik een schuwe, in zichzelf gekeerde en wereldvreemde kluizenaar ben...




                          Echt waar, hoor! Dit ben ik...
                          Alleen is het wel een poosje geleden.
                          Twee jaar oud en met mijn beste vriendje.
                          (Had ook geen andere...)
Rob, 2 jaar oud.


*****

world



Plaggenhut in Westerhaar (1940)
De familie Bruggink
Voor de tweede wereldoorlog en tot in de jaren 60 erna, was Westerhaar slechts een klein gehucht, bevolkt door weinig mensen die hun kost trachtten te verdienen in de turf. Over het algemeen behoorden deze mensen tot de armsten in onze moderne samenleving, eigenlijk kon je gerust zeggen, dat ze gewoon NIETS bezaten...
Westerhaar ligt op een zandkop, die door het veen omhoog steekt en deze was voornamelijk begroeid met heide, brem, grove den, berk en lijsterbes. De veengebieden waren zeer uitgestrekt tot ver over de Duitse grens. Je kon er uren in ronddwalen zonder iemand tegen te komen.
Maar ik hield van de prachtige, ruige Grove Den; je kon er altijd de wind in horen ruisen en ze roken heerlijk!
Ze mochten hun huis op het veen bouwen, maar moesten verhuizen als de veenbaas de turf eronder wilde hebben. De mensen investeerden er niets in, konden ze ook niet. Ze bouwden hun onderkomens gewoon van oude planken en heiplaggen.
Ook hier 'woonde' iemand.. (Foeke)
En hier woonde Foeke Visser...
'Toilet'
Zekere welstand; de "plee"!
Grove den
 Waterput met "hef"boom...

Na de oorlog echter, werd het de veenbazen verboden om deze mensen tot verhuizen te dwingen. en moesten ze om de huisjes heen graven terwijl er tegelijkertijd minimumeisen gesteld werden aan de mate van bewoonbaarheid. Daar voldeden deze bouwsels ten enen male niet aan en dat leverde het bekende witte bord op met de tekst; "onbewoonbaar verklaarde woning". De gemeenten werden vervolgens gedwongen tot het opzetten van woningbouwprojecten om deze mensen te huisvesten. De gemeenten zorgden er wel voor, dat deze locaties ver van het gemeentecentrum kwamen, want de turfgravers, die niets gewend waren, pasten zich slechts heel langzaam aan. Zo onstonden in de periferie van de gemeenten ghetto's met sociaal zwakkeren, waar een ieder zijn neus voor optrok. De "Bouw" tussen Westerhaar en de Vriezenveense Wijk en de "Hardenbergse Bouw" ten noordoosten van Westerhaar, zijn hier goede voorbeelden van.
De oude mensen verhuisden echter nooit en verkozen in hun onbewoonbaar verklaarde woning te blijven en zo heb ik in mijn jeugd nog plaggenhutten afgebroken zien worden, nadat de bewoner overleden was.. Ik was toen, denk ik, een jaar of tien oud.
Het was alleen vanaf de late lente tot het begin van de herfst mogelijk om in het veen te werken. Daarna werd het te nat en veranderde het veen in een moeras. Dan hadden deze mensen geen werk en ook geen inkomen. Sociale voorzieningen werden eerst in de vijftiger jaren ingevoerd tijdens het kabinet Drees. De mensen daar zijn hem hun hele leven dankbaar geweest; je moest geen kwaad woord over Willem Drees Sr. vertellen!
Van hobby's hadden ze nooit gehoord; ze kenden maar één tijdverdrijf; gaat heen en vermenigvuldigt u! De kindertallen waren heel groot en gezinnen met 7 of 8 kinderen waren eerder regel dan uitzondering.
De veenbazen dreven winkeltjes, waar de mensen in de winter hun boodschappen "op de pof" konden halen. In de zomer werd de schuld dan weer ingelost. De meesten konden niet lezen of schrijven, laat staan bijhouden wat ze gekocht hadden en waren overgeleverd aan de "eerlijkheid" van de veenbazen... Velen zagen dan ook nooit een cent; hoezo, "de slavernij werd in 1865 afgeschaft"?
Het leven was hard en genadeloos en zo waren die turfgravers ook... Geen wonder ook, dat de N.S.B. en in mindere mate het communisme, hier hun aanhang vonden. Maar tegenwoordig is daar niets meer van te zien. U kunt het in het museum gaan bekijken en hun armoedzooitje daar gaan bewonderen. Maar ik heb met eigen ogen de rauwe werkelijkheid gezien en geloof me, de bouwsels, die u daar vindt, zijn paleizen vergeleken bij datgene waar ze in zaten...

Alle zwart/wit foto's op deze pagina werden vanaf 1932 tot in de oorlog, door mijn vader gemaakt. In de oorlog heeft hij bijna de hele toenmalige bevolking gefotografeerd t.b.v. de gehate persoonsbewijzen. De kwaliteit van de materialen werden echter zo onbetrouwbaar, dat hij er voor jaren mee ophield.

stoommachine en turf
 Locomobiel, turf en turfpers.

Turfgravers en locomobiel.1 Turfgravers en locomobiel.2
Lange dagen maakten ze; een fotograaf is een prima verzetje!...
Schaft!.. De werkdagen duurden lang, maar dat waren de schafttijden ook en de mensen hadden geen haast. Er was altijd wel tijd voor een lolletje. Maar handen wassen was er ook niet bij! Er is een boek; "Mijn kinderen eten turf!" Nou, dat deden deze mensen dus ook... Schafttijd!


Turfstrooiselfabriek 'Trio' Turf werd niet alleen gebruikt om de kachel te stoken. Ook voor grondverbetering werd veel turf gebruikt. Hier de voormalige turfstrooiselfabriek "Trio" aan de Vriezenveensche Wijk. Tegenwoordig heet deze vaart eenvoudig "Veenkanaal". Maar hoe de mensen er ooit konden werken, is mij nog steeds een raadsel. Telkens, als ik er op de fiets langs kwam, zaten mijn ogen vol bijtend stof!..

De venen lagen hoog en heetten niet voor niets; hoogveen. Maar het water liep er ook niet weg en in het natte jaargetijde veranderden deze in onbegaanbare moerassen. Om toch de turfwinning ter hand te kunnen nemen, groef men een vaart en haaks hierop wijken, ook wel "monden" genoemd. Wegen waren er nauwelijks en het vervoer geschiedde logischerwijs ook over het water. Er waren indertijd talloze wijken, maar tijdens de ruilverkavelingen, waarbij men ook deze gronden ging ontginnen zijn ze vrijwel allemaal gedempt. Maar de vroegere veenbazen en turfschippers stichtten in veel gevallen een transportbedrijf, daarvan zijn vele voorbeelden te vinden. De turfstrooiselfabriek is overigens wel verdwenen.
Zandwinning
Zandwinning. Op de achtergrond immense "turfbulten".

Huis van Roelofs-achter-de-school
Het huis van "Roelofs-achter-de-school"...    Westerhaar in de jaren 40!


=0=0=0=0=





=0=0=0=0=


Nog een, wat meer recente, foto van mij. Deze werd gemaakt in 1992 op het balkon van een flat in Novosibirsk (Siberië). Ik was daar op uitnodiging van de dame met het zwarte haar. Zij is de moeder van een Russische jongen, die toen hier in Nederland verbleef. De andere dame is een vriendin van haar. Overigens is dit plaatje de meest recente foto, die ik heb, maar ben niet veel veranderd, geloof/hoop ik... Nou ja... Kijk maar linksonder, die is van october 2000! Rob in Novosibirsk - Rusland 1992




[ Sign my Guestbook] - [Read my Guestbook ]
[Guestbook by TheGuestBook.com]


Search for

Laatst bijgewerkt op 10 december 2003 door: